Het is je vast niet ontgaan: de Tour de France is inmiddels begonnen! Afgelopen winter heb ik mijn eigen winter-“Tour de France” gedaan om alle gebieden te leren kennen en accommodaties te bekijken. Gelukkig niet op de fiets, maar per auto. Op pad naar verschillende wintersportbestemmingen in de Franse Alpen.
Mijn tocht begon bij Alpe d’Huez. Vanaf de achterbank bedacht ik mijzelf hoe blij ik was om deze beroemde berg niet fietsend op te hoeven. Dat is echt killing! Terwijl we het dorp doorrijden zie ik dat de résidences trapsgewijs langs de weg liggen. Midden in vind ik het centrum, van waar de muziek al klinkt en de pistes beginnen.
Nadat we de bergpas van Alpe d’Huez af gingen, was het direct weer een nieuwe op voor een finish bergop in Les Deux Alpes. Het is een langgerekt dorp waarvandaan overal liften het gebied intrekken. Après-skiën doe je het beste in Umbrella onderaan de gondel of bij mooi weer bij de Pano Bar. Ook bar Smithy’s is een topper. 1 keer per week is hier live muziek of een thema avond waarbij niets te gek is.
’s Avonds heb ik voor het eerst van mijn leven genoten van een smakelijke raclette maaltijd in Hotel Le Sherpa. Een goddelijke combi van gesmolten kaas, aardappeltjes in schil en verse groenten. 1 ding is zeker: dit ga ik vaker bestellen! Na het eten zijn wij door een flinke sneeuwbui terug naar ons ruime chalet van Chalets Les Carrelets gegaan. Brrr wat was dat koud!
De volgende dag gingen we op pad naar La Toussuire, Le Corbier en St. Sorlin d’Arves. Een rustige tijdrit tussen de verschillende dorpen die allemaal in hetzelfde skigebied Les Sybelles liggen. Het dorp La Toussuire vond ik fantastisch. Het bestaat voornamelijk uit kleine chalets en heeft daardoor een ruime, charmante uitstaling. Le Corbier bestaat meer uit hoogbouw en bijna het hele dorp ligt in verbinding met elkaar door een lange galerij met kleine winkeltjes en gezellige restaurants en bars.
Aan de andere kant van de berg ligt St. Sorlin d’Arves; een traditioneel Frans bergdorp met een gezellige sfeer. Ze zijn hier erg bezig met vernieuwingen, zonder dat het dorp zijn charme verliest. Het dorp is tegen de berg op gebouwd en de hoofdweg loopt dan ook omhoog. We konden dus gelijk even die benen trainen. De meeste restaurants en de beroemde Yeti bar liggen bovenin. Direct aan de piste ligt restaurant Le Barock; naar mijn idee dé plek waar je moet zijn voor een lekkere ligstoel met een koud biertje op het terras, zowel als voor een smaakvolle avondmaaltijd. De traditionele tartiflette, maar ook de tournedos van zalm mag je hier zeker niet overslaan. Dat is genieten geblazen!
Als ik dan nog een keer een bergpas mag noemen die je liever niet op de fiets doet, dan is dat de Col de la Madeleine bij St. François Longchamp wel. Nog scherpere U-bochten dan ik de eerdere dagen heb meegemaakt. Het dorp is verdeeld in 3 hoogtes: 1450m, het kleine 1600m en 1650m. Mede door de zon, het vriendelijke dorp en de husky tocht was het een fantastische dag! Wil je een middag iets anders doen dan op de latten staan? Ervaar dan net als ik de husky tocht! Relaxed vanuit de slee met een prachtig uitzicht en die mooie honden voor je; c’est magnifique! Een ervaring om nooit te vergeten. Kijk maar even mee.
Een lekke band tijdens de tocht.
Ons prachtige uitzicht vanaf de slee
Na afloop knuffelen met de honden en ze bedanken voor de té gekke tocht!
Benieuwd naar de rest van mijn winter-Tour de France? Hier lees je het slot.
Gerelateerde berichten
